Wat is pensioen?
In Nederland is het gebruikelijk om tot een bepaalde leeftijd te werken. Daarna gaat iemand ‘met pensioen’. Ook dan is er een inkomen nodig. Van de overheid krijgt iedereen die in Nederland gewoond en/of gewerkt heeft later een AOW-pensioen.
Wanneer het AOW-pensioen ingaat, hangt af van de geboortedatum. De AOW-leeftijd gaat in stappen omhoog. Meer informatie vindt u op de website van de Sociale Verzekeringsbank.
Het AOW-pensioen (kort: AOW) is een basispensioen. De meeste werknemers krijgen daarnaast via hun werkgever aanvullend pensioen. Werknemers kunnen zelf ook bedragen voor hun pensioen opzijzetten (eigen pensioenvoorzieningen).
‘Pensioen’ kan dus uit 3 onderdelen bestaan:
- een basispensioen van de overheid, de AOW
- pensioen dat bij de werkgever is opgebouwd
- eigen pensioenvoorzieningen
De 3 onderdelen vormen de pijlers van het Nederlandse pensioenstelsel: de manier waarop we in Nederland het inkomen na pensionering geregeld hebben.
Wettelijke regelingen
Naast de AOW zijn er wettelijke regelingen voor als een werknemer (deels) niet meer kan werken of overlijdt: de WW (Werkloosheidswet), de WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen) en de Anw (Algemene nabestaandenwet).